hotelvak.eu
nl
Platform over hotelmanagement, inrichting en design in Nederland
Portret: Vincent Voorn, van uurtje-factuurtje naar een hotelimperium
Amsterdams hotelier en startup ondernemer Vincent Voorn.

Portret: Vincent Voorn, van uurtje-factuurtje naar een hotelimperium

In gesprek met Hotelvak vertelt Voorn over zijn eigenwijze ondernemersroute – van een groot gezin in Rotterdam tot miljoenenleningen, van frustraties met de gemeente tot trots op zijn personeel. “Soms moet je gewoon springen. Zeker als je alles al een keer hebt doorgerekend.”

Vincent Voorn groeit op in een Rotterdams ondernemersgezin met maar liefst negen kinderen. Zijn vader heeft een meubelmakerij en het gezin vaart er wel bij, tot het bedrijf failliet gaat. “Toen verhuisden we naar Brabant, waar mijn vader in de houtbewerking bleef werken. Ik weet weinig meer van die tijd, omdat ik een van de jongsten ben, maar ben hier uiteindelijk wel door gevormd. Toen ik bedrijfskunde studeerde, dacht ik aan hem – en wat hij anders had kunnen doen.”

F4234231 kopie
De lobby van Grand Hotel Downtown.

Voordat Voorn in aanraking komt met het ondernemersleven, gaat daar echter het nodige aan vooraf. Na de havo gaat hij naar de sportacademie en wordt leraar bewegingsonderwijs. “Terugkijkend was dat een zoektocht naar wie ik was. Ik ontdekte al snel dat ik iets heel anders wilde. Daarom ben ik in de avonduren rechten gaan studeren. Bedrijfskunde deed ik er in eerste instantie bij om aan mijn punten te komen.”

Hij begint een sportjuridisch adviesbureau, maar vindt geen sluitend verdienmodel in die niche. Dat leidt tot Legal Account: een bedrijf dat ondernemers preventief en praktisch juridisch ondersteunt. “Ik wilde als jurist kunnen helpen vóórdat de problemen ontstonden. Dit deed ik door een servicecontract aan te bieden. Voor hen was ik altijd bereikbaar voor advies, en natuurlijk stond ik hen ook bij als er meer nodig was. Ik was een soort externe bedrijfsjurist. Voor veel zaken die ondernemers tegenkomen hebben ze helemaal geen advocaat nodig – dat wordt vaak onderschat. Daarbij kon ik dus helpen, of hen doorverwijzen naar een collega-advocaat. Niet iedereen vond dat leuk – sommige advocaten waren pissig – maar uiteindelijk kwamen ze juist naar míj toe vanwege het volume.”

Van cijfers naar kamers

Voorn geeft niet alleen advies – als hij potentie ziet, neemt hij ondernemingen over en verkoopt hij ze weer. In 2020 komt een bijzondere kans in de hospitalitybranche op zijn pad. “Een accountant met wie ik nauw samenwerkte vroeg om begeleiding voor een klant die zijn hotel in Amsterdam wilde verkopen. Toen alle papieren op tafel kwamen, was ik verrast over het verdienmodel.  

xxxx V 21 kopie
Het atrium dat Grand Hotel DownTown en Amsterdam Hotel Mosaic delen.

Andere koek dan het ‘uurtje-factuurtje’ waar ik aan gewend was. De potentiële koper haakte af, en ik kreeg ineens de kans om het hotel zelf te kopen.”

De financiering rond krijgen is in eerste instantie niet gemakkelijk, maar uiteindelijk slaagt Voorn en wordt hij eigenaar van Grand Hotel DownTown.

Het boutiquehotel met 45 kamers blijkt een gouden greep. “Er zat al een manager op, het draaide goed. Ik wilde wel groeien en wist: hier valt veel te optimaliseren. We zitten op een toplocatie – dat is cruciaal. In Amsterdam heb je nauwelijks discussie over de bezettingsgraad.”

Na de overname van zijn eerste hotel gaat het kriebelen. In hetzelfde pand, waar ook appartementen en bedrijven zijn gevestigd, neemt hij ook een tweede hotel over: Amsterdam Hotel Mosaic. “Er is veel veranderd. Toen ik privé meetekende voor mijn eerste miljoenenleningen, had ik daar wel slapeloze nachten van. Maar achteraf lach ik erom: het aflossen was nooit een probleem met een succesvol hotel.”

xxxx V 6 kopie
Het pand waarin beide hotels van Voorn gevestigd zijn.

Toch zijn er dingen die hij nu anders zou doen. “De eerste keer was ik natuurlijk nog onervaren. Als ik nu een hotel bekijk, laat ik mij niet meer vertellen welke kamers ik mag zien. Ik ga altijd even op een matras zitten en bekijk een kamer grondig – ik laat me niets meer mooier voorspiegelen dan het is.”

In beide hotels zijn in totaal ongeveer honderd kamers te vinden. “Er is wel een duidelijk onderscheid: Mosaic is een driesterrenhotel, Grand Hotel Downtown heeft vier sterren. Ze trekken elk een eigen publiek, dus laten we ze naast elkaar bestaan. Zo kunnen we een brede doelgroep bedienen.”

Een familie in vijf talen

Na de overnames werkt Voorn hard aan verbetering, onder andere op het gebied van revenue management. “Het Amsterdamse gemiddelde is ongeveer 85 procent, maar wij zitten nu op 97. Daar ben ik erg trots op. Om dat te realiseren heb ik flink geïnvesteerd. Onder meer in het upgraden van de ontbijtzaal. In drukke gebieden zie je dat hotels vaak beknibbelen op onderhoud en vernieuwing, maar ik vind bijvoorbeeld dat een viersterrenhotel gewoon multimediaschermen moet hebben. Ook al moesten we hiervoor alle bekabeling vervangen.”

De personeelsvisie van Voorn is opvallend mensgericht. “Gastbeleving vooropzetten, maar zo weinig mogelijk personeel inzetten en dat zo goedkoop mogelijk betalen: dat staat lijnrecht tegenover elkaar. Het verloop in de hotels was eerst erg hoog, maar dat heb ik gelukkig weten terug te brengen. Ik betaal liever iets boven cao en zet in op een familiegevoel. Beknibbelen op personeel, dat doe ik niet. En dat betaalt zichzelf terug.”

Het personeelsbestand van twintig tot dertig mensen is zeer internationaal. Een groot deel spreekt geen Nederlands. “Met hen ga ik het gesprek aan. Als zij in Nederland willen blijven, bied ik aan hun taalcursus te betalen – want dat vind ik belangrijk. Dan zeg ik grappend: ‘From now on, I’ll only speak Dutch to you.’ Die houding wordt erg gewaardeerd, en dat zie je ook terug in het dalende ziekteverzuim.”

Hoewel Voorn zich vooral richt op strategie en grote lijnen, checkt hij ook zelf de details. “Ik slaap wekelijks twee à drie nachten in onze hotels. Als gast zie je andere dingen. Ik vind het bijvoorbeeld belangrijk dat je gewoon op een lekker matras ligt met een goed kussen. Met onze vaste beddenleverancier zijn we matrassen gaan testen, en alle kamers krijgen nu gefaseerd nieuwe exemplaren.”

Zo overtuigd is hij van zijn product dat hij er met de kerstdagen zijn hele familie inclusief aanhang uitnodigde. “Je moet zelf trots zijn op je hotels.”

voorn2 kopie
Voorn op kantoor.

Dromen met voeten in de klei

Naast hotelier is Voorn ook startup-ondernemer. Zijn nieuwste project: RoomDelivery. “Het idee ontstond tijdens een gesprek met een hotelmanager. Elke dag kwamen er vijftien tot twintig koeriers langs voor eten dat gasten bestelden via externe apps. Het was een chaos: vertragingen, irritaties bij personeel én gasten.”

Met RoomDelivery wil Voorn die onrust wegnemen. De app maakt het mogelijk voor hotelgasten om rechtstreeks vanaf hun kamer te bestellen bij zorgvuldig geselecteerde restaurants in de buurt. “We weten wie bestelt, wat er besteld wordt, naar welke kamer het moet, en de receptie is altijd op de hoogte. Dat zorgt voor rust, overzicht én een betere gastbeleving.”

Inmiddels draait de app bij twintig hotels, goed voor ruim duizend kamers. En dat is nog maar het begin. “We bouwen gestaag door. De volgende stap is om RoomDelivery uit te breiden tot een compleet digitaal conciërgeplatform. Denk aan taxiritten boeken, kaartjes voor evenementen of een reservering voor een boottocht. Alles geregeld in één vertrouwde omgeving, direct vanuit het hotel.”

Volgens Voorn sluit dat perfect aan op moderne gastvrijheid. “Waarom zou een hotel kostbare ruimte vrijmaken voor een gym, als je gasten ook kunt koppelen aan de beste sportschool in de buurt? Het gaat erom dat je ze op een slimme manier álles kunt bieden – zonder dat je het zelf allemaal in huis hoeft te hebben.”

Frustraties en vooruitgang

Wat is de grootste frustratie van een ondernemer als Voorn? “De houding van instanties. Als hoteleigenaar ben je constant bezig met regels en formulieren. We willen vanzelfsprekend veilig en goed werken. Maar als er soms weer iets niet klopt, wordt er direct hoog van de toren geblazen en gedreigd met een dwangsom. Ik denk dan: bel gewoon even, dan lossen we het samen op.”

Toch zijn het juist die obstakels die hem scherp houden. “Ik ben 63. Ik zie mensen om me heen al wegvallen. Dat maakt me extra bewust van de kansen die ik nog heb. Dingen lopen niet altijd zoals je wilt, maar ik wil uitdagingen blijven aangaan. Pak de mogelijkheden die voorbijkomen: dat is mijn levensfilosofie. Wat moet ik met zekerheid? Wat ik doe, voelt ook niet als werk. Ik wil bezig blijven: met RoomDelivery én met nieuwe overnames. De aankoop van een derde hotel is bijna rond. Ik ben niet de jongste meer, maar stoppen? Daar wil ik nog lang niet aan denken.”  

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details

Kunnen we je helpen met zoeken?

Bekijk alle resultaten