Onder de volle maan en de sterrenhemel van de Condroz ligt Château de la Chapelle, een plek waar luxe, natuur en innovatie samenkomen. Joachim Marijnen, ook bekend als uitbater van de Antwerpse club Ampere, runt hier een hotel dat in juni werd bekroond met de Lightspeed Data Meets Hospitality Award 2025 voor meest innovatieve hotelconcept. “We hadden het totaal niet verwacht, zeker niet tussen zulke sterke genomineerden,” vertelt Marijnen. “Maar achteraf gezien klopt het wel. Ons concept is niet standaard en soms moeilijk te vatten, maar wie het begrijpt, waardeert het enorm.”
Marijnen kwam niet vanuit een klassieke hotelachtergrond, maar vanuit een passie voor “disruptive” concepten en een liefde voor natuurwijnen en gastronomie. Toen de vorige eigenaar van het kasteel hem een “offer I could not refuse” deed, greep hij de kans. “Château de la Chapelle is geen klassiek kasteel, maar een verborgen parel in een geheime vallei. Een nacht met volle maan en een heldere sterrenhemel maakt het bijna onmogelijk om niet verliefd te worden op deze magische plek.”
De coronaperiode gaf zijn plannen onverwacht vleugels. Hotels, glamping en buitenrestaurants mochten wél open, waardoor het concept meteen relevant werd. “Achteraf ben ik corona bijna dankbaar – dit project gaf me energie, focus en een gezondere mindset.”
Wat Château de la Chapelle uniek maakt, is de combinatie van exclusieve kasteelkamers en glamping onder de blote hemel. Vanuit de tenten kijken gasten uit over het kasteel, om ’s ochtends gewekt te worden door zon en vogels. “Binnen is stijlvol en comfortabel, maar buiten voel je pas echt de kracht van dit domein. Die ervaring vergeet je niet,” zegt Marijnen.
Glamping betekent volgens hem geen concessies. De tenten zijn voorzien van dezelfde kwaliteit bedden, linnengoed en badkamers als de kamers in het kasteel. “Glamping is voor ons nooit een lagere standaard, alleen een andere setting.” Het geeft het hotel bovendien de broodnodige extra capaciteit in de zomermaanden. “Met enkel tien kamers zouden we dit concept nooit volledig kunnen uitrollen.”
Niet alleen de kamers en tenten trekken gasten, ook het culinaire aspect is cruciaal. Het buitenrestaurant is volgens Marijnen de kern van de beleving. “We zien onszelf zelfs meer als een culinaire bestemming ‘met een hoek af’ – zoals de Vlamingen zouden zeggen – dan als puur hotel. Geen sterren of punten die tellen; enkel de sterren boven ons domein. Eigenlijk heb je Château de la Chapelle pas écht ervaren als je ook bij ons dineert.”
De keuken werkt nauw samen met lokale producenten zoals Ferme de Tabreux voor vlees en Jardin d’Antan voor groenten. Ook natuurwijnen van pesticidenvrije wijnmakers spelen een grote rol. “Onze boeren en wijnmakers zijn de echte sterren in de keuken. Hun kwaliteit geeft onze chef vleugels.”
Duurzaamheid is een rode draad in het concept. Het kasteel werkt vanuit principes van slow tourism en biologische voeding, met een sterke focus op gastvrijheid en authenticiteit. “Duurzaamheid en charme hoeven elkaar niet uit te sluiten; integendeel, ze versterken elkaar.”
Naast biologische voeding en natuurwijnen wil Marijnen het domein in de toekomst verder verduurzamen, met plannen voor een ecologische spa en de renovatie van oude delen van het kasteel en de smidse. “Ik hoop dat Château de la Chapelle kan blijven groeien, liefst samen met gelijkgestemde partners.”
Marijnen beweegt zich nog altijd tussen twee werelden: de bruisende nachtcultuur van Ampere in Antwerpen en de serene natuur van de Ardennen. “Ik balanceer tussen yin en yang, maar als iemand mij nu een duwtje geeft, val ik richting La Chapelle. Voor mijn gezondheid en bewustzijn is dat de plek waar ik liever thuiskom.”
Het zijn vooral de kleine, intieme momenten die hem inspireren: de zonsopkomst boven de glamping, het gouden avondlicht over de vallei, of een heldere nacht onder de sterren. “Ik ben zelf een maanmens,” zegt hij glimlachend. “Maar ik geniet het meest van de zonsopkomst boven de glamping en van het ‘magic golden hour’.”
Waar Château de la Chapelle over vijf jaar staat, laat Marijnen bewust open. Zijn hoofd zit vol ideeën – van nieuwe kamers tot een uitbreiding van het domein. Eén ding staat echter vast: de visie verandert niet. “Onze stijl en waarden wil ik nooit opofferen. Dit domein moet altijd een plek blijven waar gasten luxe, natuur en gastronomie ervaren; en waar ze na hun verblijf maar één ding denken: ik wil terugkomen.”